De
negende stap zegt ons dat we het waar mogelijk rechtstreeks goed moeten maken.
Onze ervaring zegt ons dat er na het rechtstreeks goedmaken een verandering
optreedt in onze houding en ons gedrag - dat wil zeggen, een verandering
waarbij we het indirect goedmaken.
Neem het voorbeeld
dat we in woede iemands raam hebben ingegooid. Het zou onvoldoende zijn als we
die persoon recht in de ogen kijken en onze verontschuldigingen aanbieden. Door
te erkennen wat we fout deden en het raam te laten vervangen, maken we het
rechtstreeks goed - we herstellen de schade die we hebben aangericht.
Dan laten we het
rechtstreekse goedmaken volgen door het indirect goedmaken. Als we iemands raam
hebben ingegooid vanuit boosheid, dan onderzoeken we onze gedragspatronen en
onze houding. Nadat we het kapotte raam hebben laten repareren, streven we
ernaar om ook onze "gemankeerde" houding te repareren - we proberen
onze manier van doen "goed te maken". We veranderen ons gedrag en we
proberen iedere dag ons best te doen om niet te handelen vanuit boosheid.
We maken het
rechtstreeks goed door het herstellen van de schade die we aanrichtten. We
maken het indirect goed door ons gedrag bij te stellen, want dat is er in
eerste instantie de oorzaak van dat we schade aanrichten. Dit helpt om ons
ervan te verzekeren dat we in de toekomst geen verdere schade teweegbrengen.
Ik zal het rechtstreeks goedmaken waar dat mogelijk
is. Ik zal het ook indirect goedmaken, dat wil zeggen "mijn manier van
doen goedmaken" door mijn houding en gedrag te veranderen.