d  e      a  c  h  t  s  t  e     stap  

... misschien gaat dit over ... naastenliefde

De Achtste en Negende Stap handelen over de persoonlijke relaties. Eerst werpen wij een blik in het verleden en trachten en trachten te ontdekken waar wij verkeerd zijn geweest. Vervolgens doen wij een moedige poging om de schade te herstellen die wij hebben teweeggebracht. Wanneer wij zo dan de puinen van het verleden hebben opgeruimd, dan proberen wij met onze nieuw verworven zelfkennis na te gaan op welke manier wij in de best mogelijke relatie kunnen leven met al de mensen die wij kennen.
Dit is een zeer zware opgave; een taak die wij met een steeds groeiende bekwaamheid volbrengen maar nooit helemaal kunnen afmaken. Met alle soorten mannen en vrouwen leren samenleven in goede verstandhouding, vrede en broederschap is een boeiend en fascinerend avontuur.
Elke AA'er heeft echter ondervonden dat hij slechts weinig vooruitgang in dit nieuwe avontuur kan maken wanneer hij niet eerst even teruggaat en een nauwkeurige en ongenadige lijst opmaakt van al de stukken die hij heeft gemaakt. Hij heeft dit reeds in zekere zin gedaan, toe hij zijn morele balans opmaakte, maar nu is het ogenblik gekomen dat hij zich dubbel moet inspannen om na te gaan hoeveel mensen hij gekwetst heeft en hoe hij dat gedaan heeft.
Het terug openrijten van emotionele wonden, sommige oude, sommige misschien vergeten, en sommige die nog pijn doen, schijnt op het eerste gezicht wellicht doelloos. Indien wij er echter eerlijk aan beginnen, zullen wij er dadelijk het grote nut van ondervinden. De pijn verdwijnt naargelang één na één de hinderpalen wegvallen.
Deze hinderpalen zijn echter zeer reëel. Een eerste, en een van de moeilijkste, is het vergiffenis schenken.
Vanaf het ogenblik dat wij onze verwrongen of verbroken relaties met een ander persoon onder de loep nemen, gaan onze gevoelens in verdediging. Om niet te moeten kijken naar de fouten, die wij tegenover anderen hebben begaan, gaan wij wrokken over het kwaad dat zij ons hebben aangedaan.
En zeker dan wanneer zij zich werkelijk slecht tegenover ons hebben gedragen. Wij werpen ons triomfantelijk op hun slecht gedrag en gebruiken dat als excuus om onze eigen fouten te minimaliseren of te vergeten.
Daar juist moeten wij ons radicaal herpakken. Het heeft weinig zin dat de pot de ketel gaat verwijten. Denk er trouwens aan dat niet alleen alcoholisten last kunnen hebben van ziekelijke gevoelens. Bovendien heeft ons gedrag, toen wij dronken, gewoonlijk de gebreken van de anderen verergerd. Keer na keer hebben wij het geduld van onze beste vrienden op de proef gesteld, en degenen die al geen hoge dunk van ons hadden hebben wij gewoon radeloos gemaakt. In vele gevallen hebben wij met mensen te doen, die al even zeer leden als wij en wier verdriet wij nog hebben vergroot. Indien wij dan toch vergiffenis gaan vragen voor onze fouten, waarom zouden wij dan niet beginnen met de fouten, die anderen tegenover ons bedreven te vergeven?
Zodra wij de lijst beginnen op te maken van de mensen, die wij op een of andere manier schade hebben berokkend, botsen wij op een tweede hinderpaal. Het gaf ons namelijk een flinke schok, wanneer het doordrong dat wij ons aan het klaarmaken waren om ons verkeerd gedrag toe te geven tegenover de mensen die wij gekwetst hebben. Het was al zo vervelend dat we dit hadden moeten bekennen tegenover God, onszelf en tegenover een ander mens, zodat het vooruitzicht de mensen in kwestie te moeten gaan opzoeken - of zelfs alleen maar te moeten schrijven - ons de adem benam, vooral dan wanneer wij bedachten op welk slecht blaadje wij bij de meesten van hen stonden. Er waren trouwens gevallen waar wij anderen hadden benadeeld zonder dat dezen zich daarvan bewust waren. "Waarom slapende honden wakker maken" zegden wij. Waarom moeten wij ook aan die mensen denken? Dat was één van de manieren, waarop angst, gepaard met trots, het ons moeilijk maakte om een lijst op te maken van al de mensen die wij schade hadden berokkend.
Sommigen van ons struikelden over een heel ander soort hinderpaal. Wij hielden vast aan de stelling dat, toen wij dronken, niemand anders dan wijzelf daaronder geleden had. Ons gezin had niet geleden, want wij hadden steeds de rekeningen betaald en wij dronken zelden thuis. Onze vennoten in de zaak hadden wij ook geen kwaad gedaan want wij waren gewoonlijk op ons werk. Onze reputatie had er evenmin onder geleden, want wij waren er zeker van dat slechts weinigen van ons drinken afwisten. En zij, die wel op de hoogte waren, verzekerden ons dikwijls zelf dat af en toe een glas teveel uit hebben, een menselijke zwakheid was, die de beste kon overkomen. Welk kwaad konden wij dan gedaan hebben? Mits hier en daar ons excuus te gaan maken, waren onze pekelzonden vergeten en vergeven.
Dergelijke houding is het resultaat van moedwillig vergeten. Wij kunnen daar alleen verandering in brengen door een grondig en eerlijk onderzoek van onze daden en motieven.
Hoewel wij in sommige gevallen helemaal niets goed kunnen maken en wij in andere gevallen zullen moeten wachten, zouden wij toch een zorgvuldig en volledig onderzoek moeten doen van ons voorbije leven, in zoverre het andere mensen schade heeft berokkend. In vele gevallen zullen wij tot de bevinding komen dat, waar het kwaad dat wij aan anderen hebben gedaan niet zo erg groot was, wij daarentegen ons eigen gevoelsleven ernstig geschaad hebben. Diep in ons onderbewustzijn en soms bijna helemaal vergeten, blijven schadelijke emotionele conflicten voortleven. Toen deze conflicten zijn voorgevallen, hebben zij ons gevoelsleven misschien zo sterk beïnvloed dat heel onze persoonlijkheid daar sedertdien voortdurend heeft onder geleden, zodat ons leven de verkeerde kant uitging.
Is het herstellen van het leed dat wij aan anderen deden hoofdzaak; het is eveneens nodig dat wij uit het onderzoek van onze persoonlijke relaties alle elementen halen die wij er over onszelf en over onze fundamentele moeilijkheden vinden. Want de verstoorde relatie met andere menselijke wezens was bijna steeds de onmiddellijke oorzaak van ons ongeluk, ondermeer van ons alcoholisme, zodat geen enkel veld van onderzoek ons een rijkere oogst aan waardevolle gegevens kan opleveren. Een kalm, doordacht beschouwen van onze persoonlijke relaties kan ons inzicht verdiepen. Wij kunnen veel verder gaan dan de zaken die oppervlakkig gezien bij ons verkeerd waren; we trachten de gebreken te zien die aan de basis lagen, gebreken, die heel dikwijls verantwoordelijk waren voor gans onze manier van leven.
Wij hebben ondervonden dat grondigheid hier steeds rijkelijk de moeite loont.
Vervolgens kunnen wij ons afvragen, wat wij in feite bedoelen, wanneer wij zeggen dat wij sommige mensen schade hebben berokkend. Op welke manier kan men eigenlijk iemand anders kwaad doen? Indien wij het woord 'schade' of 'kwaad' nader willen bepalen dan kunnen wij dit het resultaat noemen van een botsing tussen instincten, waardoor mensen lichamelijk, mentaal, emotioneel en geestelijk geschaad worden.
Zijn wij altijd slecht gehumeurd dan maken wij anderen boos. Wanneer wij liegen of bedriegen dan beroven wij die anderen niet alleen van hun materieel goed maar eveneens van hun emotionele zekerheid en van hun gemoedsrust. Wij sporen hen werkelijk aan om ons te minachten en op wraak te zinnen. Zijn wij egoïsten in ons seksueel gedrag dan kunnen wij jaloersheid, ellende en opnieuw wraakzucht verwekken.
Deze opvallende feiten van slecht gedrag vormen helemaal geen volledige catalogus van al het kwaad dat wij anderen berokkenen. Denk maar even aan de meer subtiele fouten, die echter even pijnlijk kunnen zijn.
Wanneer wij bijvoorbeeld in ons gezin de gierigaard uithangen; of niet de minste zin voor verantwoordelijkheid aan de dag leggen; hard of koud zijn. Wij kunnen vreselijk prikkelbaar, ongeduldig of kritisch zijn, of geen gevoel voor humor hebben. Misschien overladen wij één lid van de familie met attenties en verwaarlozen de anderen. Wat gebeurt er wanneer wij heel ons gezin willen domineren; ofwel met een ijzeren hand ofwel door gedurig orders te geven om zo ieders leven van minuut tot minuut tot in de kleinste details te regelen?
Wat gebeurt er wanneer wij ploeteren in onze neerslachtigheid of wanneer het zelfmedelijden er langs de poriën uitkomt en onze omgeving in die atmosfeer moet leven?
Zulke lijst van zaken die wij anderen aandoen, het soort dingen dat het dagelijks leven met ons als nog actieve alcoholisten vaak zo moeilijk en soms ondraaglijk maakte, kan tot bijna in het oneindige worden aangevuld.
Vertonen wij diezelfde persoonlijke karaktertrekken nu ook op kantoor, in ons zakenmidden en in onze vriendenkring, dan kunnen wij daar evenveel schade aanrichten als thuis.
Wanneer wij zorgvuldig heel dit gebied van menselijke betrekkingen hebben onderzocht en hebben vastgesteld door welke karakterfouten wij de anderen hebben beledigd en verstoord, kunnen wij in ons geheugen nagaan welke personen wij hebben geschaad.
Diegenen die ons het dichts aan het hart lagen en die wij het diepst gekrenkt hebben ontdekken is niet moeilijk.
Zo gaan wij in ons leven terug, jaar na jaar, zover als ons geheugen reikt. Wij zullen ons verplicht zien een lange lijst op te maken van de mensen die wij op de een of andere wijze hebben geschaad. Natuurlijk moeten wij elk geval afzonderlijk nagaan. We zullen ons aan de voorgenomen gedragslijn moeten houden, en de fouten die wij begingen bekennen, terwijl wij terzelfdertijd de echte of vermeende fouten van de anderen vergeven.
Wij moeten leren niet te scherp te oordelen, om het even of het over onszelf of over anderen gaat. Wij moeten onze of hun fouten niet overdrijven maar voortdurend streven naar een objectieve kijk op de dingen. Telkens onze pen twijfelt kunnen wij onszelf sterken en opmonteren door te denken aan wat de ondervinding van AA met deze stap voor anderen reeds betekend heeft. Deze stap betekent het einde van onze afzondering van onze vrienden en van God.