AA als zodanig mag nooit georganiseerd worden, maar wij kunnen diensten of comités in het leven roepen die rechtstreeks verantwoordelijk zijn aan hen die zij dienen

9

Toen de negende traditie voor het eerst op papier werd gezet, luidde ze als volgt: "AA moet zo weinig mogelijk organisatie hebben". Sedertdien zijn wij echter van mening veranderd. Wij kunnen nu met zekerheid verklaren dat de Anonieme Alcoholisten - AA als geheel - helemaal niet hoeft georganiseerd te worden. In schijnbare tegenstelling daarmee scheppen wij echter speciale diensten en comités die wél georganiseerd zijn. Hoe is dat dan mogelijk, een niet-georganiseerde beweging die voor zichzelf een dienstenorganisatie kan scheppen en schept? Wat bedoelen ze met "geen organisatie?" vragen de mensen zich af. Laat ons eens kijken. Heeft ooit iemand gehoord van een land, een kerkgemeenschap, een politieke partij, ja zelfs van een liefdadigheidsinstelling, die geen reglementen heeft voor haar leden? Anderzijds heeft nooit iemand gehoord van een vereniging die haar leden niet de minste discipline kan opleggen, die ze niet kan dwingen te gehoorzamen aan bepaalde regels en reglementen? Het is toch zo dat praktisch elke gemeenschap, waar ook ter wereld, aan sommigen van haar leden volmacht geeft om van de anderen gehoorzaamheid te eisen en diegenen te straffen of uit te sluiten, die hun boekje te buiten gaan. Daarom is in elke natie en in feite in elke gemeenschap een bestuur dat door mensen wordt waargenomen. De essentie van elke organisatie is de macht om te leiden en te regeren. 

De Anonieme Alcoholisten zijn nochtans een uitzondering. Zij passen niet in dit gebruikelijke patroon. Noch de General Service Conference noch het G.S.O., noch het eenvoudigste groepscomité kan aan een AA-lid ook maar een richtlijn opleggen, laat staan hem straffen.
Wij hebben het dikwijls geprobeerd maar het mislukte steeds weer opnieuw. Er zijn groepen die sommige leden hebben proberen buiten te zetten. De bannelingen kwamen echter terug naar de vergadering en zegden: "Dit betekent voor ons het leven. Jullie kunnen ons niet buiten houden". Er zijn comités geweest die een AA' er opdracht gaven zich niet meer met deze of gene chronische "schuiver" in te laten en die tot antwoord kregen: "Hoe ik mijn twaalfde stapwerk doe is mijn zaak . Wie zijn jullie om daarover te oordelen? ". Dat betekent niet dat een AA'er geen raad of suggesties van meer ervaren leden zal aannemen , maar hij zal zeker geen bevelen aanvaar­ den. Kan jij je iets meer onsympathiek indenken dan de oldtime-AA'er die verhuist en in een andere groep de les probeert te spellen? Zoals al diegenen die proberen "te waken over het welzijn van AA" ontmoet hij de meest koppige weerstand of erger nog, hij wordt uitgelachen.
Je zou kunnen denken dat het hoofdkwartier in New York hierop dan toch een uitzondering moet zijn? Natuurlijk zullen de mensen daar dan toch wat gezag moeten hebben. Lang geleden reeds ontdekten trustees en kaderleden dat zij alleen maar suggesties konden doen en dan nog heel milde suggesties. Zij moesten zelfs een paar nieuwe zinnen bedenken die je op dit ogenblik nog terugvindt in de helft van hun brieven: "Natuurlijk staat het je volledig vrij deze zaak af te handelen zoals je dat zelf wenst, maar de ondervinding in AA schijnt er op te wijzen dat...". Dergelijke houding is tamelijk ver verwijderd van een centraal gezag, vindt je niet? Wij erkennen dat men alcoholisten niets kan voorschrijven, individueel niet en in groep niet.
Wij horen al een geestelijke roepen: "Ze maken van de ongehoorzaamheid een deugd! En een psychiater valt hem bij: "Uitdagende jochies! Ze zullen nooit volwassen worden en zich gedragen volgens de sociale normen!". De man in de straat daarentegen zegt: "Ik snap er niets van. Ze moeten gek zijn!"
Maar al deze waarnemers hebben iets over het hoofd gezien. Iets dat alleen in AA bestaat. Wanneer een AA'er zich niet inspant om de gesuggereerde twaalf stappen van herstel naar best vermogen te volgen, tekent hij zijn eigen doodvonnis. Wanneer hij dronken wordt en zo zijn ondergang tegemoet gaat, dan is dit geen straf die hij van mensen met gezag krijgt. Die ellende en die straf spruiten dan voort uit zijn eigen ongehoorzaamheid aan geestelijke principes. Diezelfde strenge bedreiging hangt boven de groep. Wanneer deze groep niet min of meer de twaalf tradities volgt loopt zij veel kans te ontsporen en uiteen te vallen. Wij, AA' ers, gehoorzamen bijgevolg aan geestelijke principes. Eerst en vooral omdat wij wel moeten, maar uiteindelijk toch ook omdat wij houden van de levenswijze, die deze gehoorzaamheid meebrengt. Groot lijden en een grote liefde zijn de strenge tuchtmeesters in AA. Wij hebben er geen andere nodig.
Het is dan ook duidelijk dat wij nooit een raad moeten benoemen om ons te besturen maar het is eveneens duidelijk dat wij steeds werkers zullen moeten aanstellen om ons te helpen.
Het onderscheid ligt hem in de geest. De geest van een autoritaire macht of de geest van dienstbetoon, twee opvattingen die soms erg kunnen uiteenlopen.
Het is in die geest van dienen dat wij in AA een informeel en roterend comité kiezen. De lntergroep voor een bepaalde streek, en de General Service Conference voor AA in zijn geheel. Zelfs de Foundation, die vroeger onafhankelijk stond, is nu rechtstreeks verantwoording verschuldigd aan onze gemeenschap. De trustees zijn de zaakwaarnemers en de uit­ voerders van onze werelddiensten.
Zoals elk AA-lid naar persoonlijke nuchterheid tracht, zo streven ook onze diensten ernaar die nuchterheid in het bereik te brengen van eenieder, die ernaar verlangt. Wanneer niemand voor de groep zorgt, niemand de telefoon aanneemt en niemand de brieven beantwoordt , dan zal AA, zoals wij het kennen, ophouden te bestaan. Onze verbindingswegen met hen, die onze hulp nodig hebben, zouden dan afgesneden zijn.AA moet kunnen werken maar tevens moet zij de gevaren omzeilen zoals grote weelde, prestige en gevestigde macht, die onvermijdelijk elke andere gemeenschap bedreigen. Hoewel de negende traditie op het eerste zicht alleen handelt over een zuiver praktische zaak, toont ze in haar eigenlijke werking een gemeenschap zonder organisatie, die alleen bezield wordt door de geest van het dienen. Een echte kameraadschap.